Ik las gister echt een leuk artikeltje in de NRC-Next, waar ik nu even een proefabo'tje op heb, (Wat ik dáárvan vind is weer een andere discussie) waar een Franse Historicus stelt dat Nederland momenteel zou lijden aan het ‘geen-koppen-boven-het maaiveld-syndroom’, of een neiging om zich afzijdig te houden, en aan transnationale problemen kan ontsnappen, zoals de opkomst van de islam, het terrorisme en internationale criminaliteit.
Deze uitspraak werd gedaan in het kader van de rol van Nederland in de EU.
Hij stelt ook dat hij bang is dat autochtonen en allochtonen meer tegenover elkaar komen te staan, en dat er een risico is dat de naiviteit van het multiculturalisme wordt vervangen door rascisme.
Hij noemt als voorbeeld de krokodillentranen over het vertrek van Ayaan Hirschi Ali: zelfs mensen die op haar hand waren schreven dat ze zoveel beter af zal zijn in de verenigde Staten. Dat betekend: laat ons maar liever onze onderonsjes hebben, en Hirschi Ali hoort toch niet echt bij ons. Ze was te geprofileerd, en stoorde ook de buren nog. Als de tegenstander te lastig is, zoals nu de radicale islam, wordt het conflict gemeden. Waarom niet gewoon gezegd: Hirschi Ali is een strijdster voor de vrijheid, en dáárom is dit haar vaderland?
Ik ben persoonlijk van mening dat het erg moeilijk zal worden om als atheist meer nadruk op je overtuiging te leggen, omdat de invloed van vooral de christelijke godsdienst, voor een land waar vrijheid van godsdienst, en scheiding tussen kerk en staat, zou moeten zijn, onevenredig groot is.
Omdat problemen met de radicale islam liever gemeden worden, legt men op dit moment liever de nadruk op het z.g. integreren van de ‘gematigde’ islam als een soort tweede godsdienst, dan te verzinnen hoe mensen met verschillende overtuigingen samen kunnen leven, wat m.i. eigenlijk zou moeten. Men ziet ook over het hoofd, dat een overgrote meerderheid van de nederlandse bevolking geen enkele behoefte heeft aan godsdienst, maar toch volkomen genegeerd wordt. Deze mensen hebben er waarschijnlijk geen behoefte aan om atheist genoemd te worden, als ze al moeite zouden willen doen om ongeloof te promoten, op dezelfde manier als een gelovige dat doet met zijn godsdienst. Ik ben dus van mening dat niet het atheisme gepromoot moet worden, maar dat gevestigde religies een flinke stap terug moeten doen, om zodoende ruimte te maken voor meerdere overtuigingen, zonder hun taboes en regels op te hoeven leggen aan anderen of andersgelovigen.
Ook zou er meer inhoudelijk kunnen worden ingegaan op het religieuze gedachtengoed, want de zogenaamde ‘goede moraal’ van vele gelovigen is namelijk maar zelden terug te vinden in hun ‘heilige boeken’, waar nota bene ook nog eens vele kwetsende zaken staan geschreven over bijv vrouwen, andersdenkenden homo's en ongelovigen.
Natuurlijk moet geloven mogen.
Duidelijk moet echter ook maar eens worden dat bijv de leer van zowel het christendom als de islam helemaal niet toestaat dat er plaats is voor andere religies of ongeloof. Sterker nog: je moest eens weten wat er in die ‘heilige’ boeken voor advies wordt gegeven hoe om te gaan met andersdenkenden. Of vaak beter gezegd: op welke manier ze moeten worden omgebracht. Op medewerking van gelovigen zouden mensen die streven naar gelijkwaardigheid-van-opvattingen-voor-ieder dus helemaal niet moeten rekenen. Laat een imam of een dominee simpelweg maar eens uitleggen hoe verschillende geloven samen kunnen leven. Ik weet het antwoord al: laat die ander zich maar bekeren, want die is op een dwaalspoor, mááár daar hebben we medelijden mee. Ondertussen beroepen gelovigen zich wél op het z.g. ‘recht op godsdienstvrijheid’ om bijv de rechten van vrouwen te beperken, en overtreden daar simpelweg onze grondwet ook nog eens mee. Waarom kijken zoveel mensen nog de andere kant op?
Vorige week bevestigd zelfs onze koningin nog eens dat vrouwen soms geen recht hebben op een ontmoetingsritueel omdat ze volgens een hogere macht onrein zouden zijn, en ziet daarom ‘vrijwillig en respectvol’ af van het geven van een hand aan een gelovige.
De opvatting dat je op een godsdienst geen commentaar, kritiek mag hebben, of zelfs maar grapjes mag maken, terwijl dat nou juist de manier is waarop mensen in ‘het vrije westen’ tot elkaar komen, wordt nog teveel ondersteund. Omdat godsdienst is gebonden aan dogma's zal een gelovige nooit een dialoog kunnen aangaan door water bij de wijn te doen. Op het moment dat godsdienst haar opgedrongen maatschappelijke functie achterlaat, en men er openlijk kritiek en satire op mag leveren kun je pas spreken van echte vrijheid van godsdienst. Nu zijn de verhoudingen goed scheef, maar er gaat gelukkig bij steeds meer mensen een lampje branden, en met een beetje mazzel worden dat er steeds meer.